Bij de behandeling van de aanvraag tot erkenning gelden volgende criteria conform de administratieve jurisprudentie:

  • de eredienst of levensbeschouwing moet zijn aanwezigheid bewijzen op het Belgisch grondgebied (ruime duur d.w.z. enkele decennia);
  • de aanvrager moet aantonen dat de erkenning een maatschappelijk belang heeft voor de bevolking op het Belgisch grondgebied;
  • er moeten voldoende aanhangers van de levensbeschouwing of eredienst zijn (enkele tienduizenden);
  • de aanvrager moet in staat zijn om zich te structureren op een manier zodat er slechts één representatief orgaan is:
    • de overheden hebben met betrekking tot die eredienst of levensbeschouwing maar één gesprekpartner;
    • in een aantal gevallen wordt een subsidie toegekend om dit proces te ondersteunen;
  • de eredienst of levensbeschouwing mag geen activiteiten ontwikkelen die in strijd zijn met de openbare orde.

Omdat de erkenning van een eredienst of levensbeschouwing op verschillende niveaus budgettaire gevolgen heeft, zal er overleg nodig zijn tussen die niveaus.

Vraag is altijd of de erkenning beantwoordt aan een reële maatschappelijke noodzaak voor de bevolking. Dit wordt onderzocht aan de hand van de hierboven vermelde criteria.