Opdracht

De Commissie voor onderhoudsbijdragen werd opgericht bij de wet van 19 maart 2010, tot wijziging van inzonderheid artikel 1322 van het Gerechtelijk Wetboek, en maakt aanbevelingen aan de minister van Justitie en de minister bevoegd voor de gezinnen om:

  • de kosten van het onderhoud, de opvoeding en de vorming voor de kinderen van gescheiden ouders te berekenen;
  • de bijdrage van elke ouder in de financiering van deze kosten vast te stellen.

Zij evalueert om de twee jaar die aanbevelingen en bezorgt een advies aan de minister van Justitie en de minister bevoegd voor de gezinnen.
Daarna ontvangen de federale wetgevende Kamers dat advies en de opmerkingen van de ministers.
Op grond van de werkzaamheden van de Commissie voor onderhoudsbijdragen kan de Koning een berekeningswijze voorstellen om de aanbevelingen eenvoudiger toe te passen.  De Commissie kan dus een objectieve methode voor de berekening van de onderhoudsbijdragen voor de kinderen voorstellen.

Samenstelling

De Commissie is samengesteld uit een gelijk aantal leden van elk geslacht.
De samenstelling ervan werd vernieuwd door een koninklijk besluit van 2 december 2021.
Pierre-André Wustefeld werd opnieuw aangesteld voor een nieuw mandaat als voorzitter (2022-2023).
Yves Coemans werd aangesteld als vicevoorzitter en verzocht om in 2024 en 2025 de functie van voorzitter op zich te nemen.
De diensten van de FOD Justitie staan in voor het secretariaat van de Commissie.

Werking

De Commissie vergadert ten minste driemaal per jaar op initiatief van de voorzitter. De aanbevelingen en adviezen worden bij gewone meerderheid van stemmen aangenomen. De afwijkende meningen worden gevoegd bij het advies.
De Commissie kan deskundigen raadplegen die geen lid zijn van de Commissie en hen uitnodigen om deel te nemen aan haar vergaderingen.
De Commissie heeft bovendien op 16 december 2022 besloten om twee werkgroepen samen te stellen:

  • de eerste, onder leiding van Jean-Christophe Brouwers, onderzoekt de methodes om de onderhoudsbijdragen te evalueren;
  • de tweede, onder leiding van Dirk Van Overloop, moet de positieve en/of negatieve gevolgen van de (de)fiscalisering van de onderhoudsbijdragen analyseren.

Doelstellingen

Tijdens de eerste twee jaar van haar mandaat heeft de Commissie verschillende Belgische en buitenlandse experten gehoord die de verschillende methoden om de berekening van onderhoudsbijdragen te objectiveren, konden toelichten.
De Commissie heeft eveneens gewerkt aan de verduidelijking van de begrippen gewone en buitengewone kosten.
De Commissie heeft daarnaast ook bepaalde tekortkomingen in de bestaande wetgeving vastgesteld en concrete voorstellen gedaan om die weg te werken.
Tijdens het tweede deel van haar eerste mandaat heeft de Commissie haar onderzoek met betrekking tot de verschillende evaluatiemethoden van de onderhoudsbijdragen verdergezet.

Meer informatie

Jaarverslagen

Wetgeving