De wet op de meerderjarige beschermde personen dateert al van 17 maart 2013, maar toen werd bepaald dat de wet geëvalueerd moest worden in het negende jaar na de inwerkingtreding ervan. Het eindrapport werd besteld door de FOD Justitie en is nu beschikbaar voor het brede publiek.
De wet van 17 maart 2013 in een notendop:
- de vroegere ongeschiktheidsstelsels voor meerderjarige beschermde personen (verlengde minderjarigheid, onbekwaamverklaring, gerechtelijk raadsman en voorlopig bewind over de goederen) werden afgeschaft. Ze maakten plaats voor één beschermingsstatuut voor meerderjarigen dat twee luiken omvat: de buitengerechtelijke bescherming en de rechterlijke bescherming.
- meerderjarige beschermde personen kunnen het beheer van hun belangen op voorhand plannen als ze niet meer in staat zijn om dat alleen te doen: ze vertrouwen dat beheer contractueel toe aan iemand anders, eventueel met de aanbeveling om bepaalde principes na te leven. In een geregistreerde verklaring kunnen ze zo’n bewindvoerder aanwijzen, die hem/haar zal bijstaan of vertegenwoordigen als een rechter beslist om beschermende maatregelen te nemen.
- die gerechtelijke bescherming is op maat van de persoonlijke en financiële situatie van de betrokken meerderjarige. De rechter legt de handelingen vast die de betrokkene niet meer alleen kan uitvoeren. De rechter moet daarbij nagaan of de betrokkene een reeks handelingen kan verrichten die een belangrijke impact hebben op zijn of haar leven. De rechter kan die bescherming nog uitbreiden tot andere handelingen.
Aangezien de wet van 17 maart 2013 ingrijpende wijzigingen met zich meebracht, bepaalt de wettekst dat de minister van Justitie de uitvoering van de wet moet evalueren en daar verslag over moet uitbrengen aan het parlement. De deadline daarvoor was 1 juli 2024. De FOD Justitie heeft die opdracht na een openbare aanbesteding toevertrouwd aan een consortium van universiteiten (UHasselt, UCLouvain en UAntwerpen). De onderzoekers namen de volgende zaken onder de loep:
- de werking van de buitengerechtelijke bescherming;
- het beheer van persoonlijke en materiële belangen door een bewindvoerder;
- de extra werklast die de wet opleverde voor de vredegerechten.
Het eindrapport van de onderzoekers is nu beschikbaar. Alleen de FOD Justitie heeft het recht om deze studie openbaar te maken of de reproductie ervan toe te staan (artikel XI.165 van het Wetboek van economisch recht).
Elke reproductie van een fragment moet worden voorzien van een correcte bronvermelding (artikel XI.189 van het Wetboek van economisch recht).
Promotoren van het eindrapport: Tim Wuyts, Nathalie Dandoy, Frederik Swennen, Sofie Hennau
Onderzoekers: Mathilde Hacon, Lennert Jeurissen
- Lees hier het volledige rapport.
- Meer info over de bescherming van meerderjarigen.
Vragen? info@just.fgov.be