Inleiding

De activiteitengegevens komen uit de jaarlijkse publicaties van de steundienst van het College van de hoven en rechtbanken. Deze publicaties zijn per instantie en meer in detail beschikbaar op de website van het College van de hoven en rechtbanken, onder de rubriek 'Statistiek'. De statistische periode betreft de jaren 2016 tot en met 2020.

Hieronder vindt u een korte beschrijving van de verschillende maten voorgesteld in deze publicatie:

  • Aantal nieuwe zaken: betreft het aantal nieuwe zaken die op de rol werden ingeschreven tijdens het burgerlijke jaar. Voor strafzaken beschouwen we de eerste zittingsdatum als de start van de zaak.
  • Aantal hangende zaken: betreft het aantal zaken die op de rol werden ingeschreven en die op een bepaalde datum nog niet zijn afgesloten. Het aantal hangende zaken wordt op twee datums weergegeven: 1 januari en 31 december van het jaar. Het is interessant om deze twee datums te vergelijken. Zo kan de capaciteit van een instantie om zijn gerechtelijke achterstand weg te werken, worden beoordeeld.
  • Input: betreft alle zaken die de werkinstroom voeden; de input is dus de som van het aantal hangende zaken op 1 januari van het jaar (achterstand op 1 januari) en het aantal nieuwe ingeschreven zaken tijdens dat jaar (zaken die binnenkomen tijdens het jaar).
  • Output: betreft het aantal zaken dat afgesloten werd door een eindbeslissing tijdens het burgerlijke jaar. De verhouding tussen 'het aantal output en het aantal nieuwe zaken' kan berekend worden om het evenwicht of onevenwicht tussen het volume behandelde zaken en het volume binnenkomende zaken te kennen (deze maat is enkel beschikbaar voor de hoven). Ten slotte wordt het aantal vonnissen en beschikkingen gegeven voor de arbeidsrechtbanken, sectie collectieve schuldenregeling, als aanvulling op het aantal nieuwe zaken en de output. Voor de jeugdrechtbanken zijn enkel het aantal vonnissen en beschikkingen beschikbaar.

Vredegerechten

De cijfers m.b.t. 2018, 2019 en 2020 werden berekend via een nieuwe berekeningswijze t.a.v. eerdere jaren, op basis van nationaal uniforme registratiewijzen, en zijn als dusdanig niet rechtstreeks vergelijkbaar met gepubliceerde cijfers van eerdere jaren.

Bovendien wordt vanaf 2020 geen aanmerking meer genomen van de in het register van voorlopige dossiers geregistreerde zaken. Daarentegen worden de eerste geregistreerde zaken in het nieuwe Centraal Register voor de Bescherming van Personen wel geteld.

In vergelijking met de twee voorgaande jaren vertoont het jaar 2020 een aanzienlijke daling van het aantal geregistreerde zaken op de rollen van de vredegerechten: 432.235 nieuwe zaken in 2020, tegenover 508.488 in 2019, d.w.z. een daling met 15 %. Het spreekt vanzelf dat, naast andere verklarende factoren, de sanitaire crisis in 2020 een vertraging van de activiteit van de vredegerechten kan verklaren.

Als we de evolutie op het niveau van de rol onderzoeken aan de hand van onderstaande tabel, zien we dat de daling meer uitgesproken is in het register van willige rechtsmacht (- 45 %), alsook in de rol van de minnelijke schikking (- 29 %). De activiteit lijkt meer gehandhaafd te zijn wat betreft de inschrijvingen op de algemene rol (- 12 %) en op de rol van de verzoekschriften (- 8 %).

Tabel: Vredegerechten - aantal nieuwe zaken per rol

Politierechtbanken

De cijfers vanaf 2018 werden berekend via een nieuwe berekeningswijze t.a.v. vorige jaren, op basis van nationaal uniforme registratiewijzen, en zijn als dusdanig niet rechtstreeks vergelijkbaar met gepubliceerde cijfers van eerdere jaren. Voor wat betreft de strafzaken (verkeersongevallen en -inbreuken, de burgerlijke belangen m.b.t. de verkeersongevallen, niet-verzekering, inbreuken m.b.t. het zwaar vervoer en personenvervoer, en andere strafzaken)
was er een daling van 14 % nieuwe en afgesloten dossiers in 2019 ten opzichte van 2018, en een verdere daling van 19 % nieuwe zaken en 24 % afgesloten zaken in 2020 t.o.v. 2019. Qua burgerlijke zaken (aansprakelijkheid en schadebegroting in verkeer, beroepen tegen een administratieve beslissing, rechtsbijstand, en verzekeringsrecht) was er een daling van 1 % nieuwe en afgesloten dossiers in 2019 ten aanzien van 2018, en een verdere daling van respectievelijk 5 % en 7 % in 2020.

Grafiek: Zaken politierechtbankenGrafiek: Burgerlijke zaken politierechtbanken

Ondernemingsrechtbanken1

Sinds 2016 is het aantal nieuwe zaken geregistreerd op de algemene rol steeds in dalende lijn. Hierbij dient opgemerkt te worden dat er in 2014 een sterke stijging was van het aantal nieuwe zaken door de wet van de natuurlijke rechter2. Dankzij een wetswijziging doorgevoerd met de Potpourri I-wet, is er sinds 2 juli 2016 een nieuwe (administratieve) procedure voor de invordering van onbetwiste schulden in voege. Daardoor is er vanaf 2016 een significante daling merkbaar van het aantal nieuwe zaken ingeschreven op de algemene rol en wordt ongeveer het peil opnieuw bereikt van vòòr de inwerkingtreding van de wet van de natuurlijke rechter. De dalende lijn van het aantal nieuwe zaken zet zich nadien voort (- 5972 zaken in 2020 in vergelijking met 2019, hetzij - 10 %).

Grafiek: Aantal zaken ondernemingsrechtbanken1. De cijfergegevens van de ondernemingsrechtbanken bevatten geen betwiste schuldvorderingen.
2. De wet van de natuurlijke rechter, in werking getreden op 1 juli 2014, stelt dat de ondernemingsrechtbank bevoegd is voor alle commerciële geschillen, onafhankelijk van het bedrag. Ook als de eiser geen ondernemer is, kan de ondernemingsrechtbank gevat worden voor handelingen die de verweerderondernemer in het kader van zijn economisch doel stelde.

Arbeidsrechtbanken

Voor wat de sociale zaken betreft, is er een dalende trend van het aantal nieuwe en afgesloten zaken sinds 2016, met een sterke daling in 2017 (- 40 % van het aantal nieuwe sociale zaken t.o.v. 2016). Dit is voornamelijk te wijten aan de wet betreffende de invordering door middel van dwangbevel door de RSZ (wet van 1 december 2016). Het aantal afgesloten sociale zaken is steeds groter dan het aantal nieuwe sociale zaken, wat voor een daling van het aantal hangende zaken zorgt en dus voor een daling van de gerechtelijke achterstand.

Voor wat de collectieve schuldenregeling (CSR) betreft, stellen we een dalende trend vast van het aantal nieuwe zaken sinds 2016. Het aantal afgehandelde zaken kent daarentegen een stijging tussen 2016 en 2018, vervolgens blijft het aantal stabiel en stijgt dan terug in 2019 met 1081 zaken ten opzichte van 2018 (+ 7 %). Vanaf 2016 is het aantal afgesloten zaken steeds hoger dan het aantal nieuwe zaken en zorgt ervoor dat het aantal hangende zaken afneemt. Het aantal vonnissen en beschikkingen bereikt zijn hoogtepunt in 2016 en daalt vervolgens jaar na jaar (- 12,1 % in 2020 ten opzichte van 2016).

Grafiek: Arbeidsrechtbanken: Sociale zakenGrafiek: Arbeidsrechtbanken: Collectieve schuldenregeling

Rechtbanken van eerste aanleg

Burgerlijk

De cijfers vanaf 2018 werden berekend via een nieuwe berekeningswijze t.a.v. vorige jaren, op basis van nationaal uniforme registratiewijzen, en zijn als dusdanig niet rechtstreeks vergelijkbaar met gepubliceerde cijfers van eerdere jaren.

Het aantal nieuwe en afgesloten zaken daalt vanaf 2018. In 2020 in vergelijking met 2018 daalt het aantal nieuwe zaken met - 10.029 zaken, hetzij - 14,5 %. Zowel in 2018 als in 2019 is het aantal afgesloten zaken hoger dan het aantal nieuwe zaken, wat voor een daling van het aantal hangende zaken zorgt en dus voor een daling van de gerechtelijke achterstand. Dit keert echter om in 2020, waar het aantal afgesloten zaken kleiner is dan het aantal nieuwe zaken.

Grafiek: Rechtbanken van eerste aanleg - Burgerlijk

Familie

De cijfers vanaf 2018 werden berekend via een nieuwe berekeningswijze t.a.v. vorige jaren, op basis van nationaal uniforme registratiewijzen, en zijn als dusdanig niet rechtstreeks vergelijkbaar met gepubliceerde cijfers van eerdere jaren. De zaken ingeschreven vóór 1 juni 2018 met een aard van de zaak 'echtscheiding' of 'voorlopige maatregelen' worden geteld per familiedossier en niet per familiezaak. Alle andere zaken worden geteld per familiezaak.

Het aantal nieuwe zaken stijgt met 6 % tussen 2018 en 2019. Het aantal afgesloten zaken kent eveneens een stijgende lijn (+ 1 %) in dezelfde periode, al is deze minder sterk dan voor de nieuwe zaken. In 2020, het jaar van de gezondheidscrisis, is een daling van zowel het aantal nieuwe (- 8 % tussen 2019 en 2020) als afgesloten zaken (- 10 % tussen 2019 en 2020) op te merken. Het aantal afgesloten zaken ligt steeds lager dan het aantal nieuwe zaken, wat een stijging van het aantal hangende zaken met zich meebrengt.

Grafiek: Correctionele kamers

Strafrechtelijk

De cijfers vanaf 2018 werden berekend via een nieuwe berekeningswijze t.a.v. vorige jaren, op basis van nationaal uniforme registratiewijzen, en zijn als dusdanig niet rechtstreeks vergelijkbaar met gepubliceerde cijfers van eerdere jaren. Daarenboven schakelden de rechtbanken over naar een nieuwe softwareapplicatie tussen 2016-2019 (waarbij de meeste rechtbanken de nieuwe applicatie in gebruik namen in de loop van 2018), waardoor er conversiefouten voorkomen in sommige gekopieerde dossiers, en additionele problemen in dossiers die werden opgestart in de oude applicatie en later verder werden behandeld in de nieuwe. De cijfers van 2018 (en voor Eupen: 2019) werden dan ook waar nodig gecorrigeerd door de correctionele griffies, op basis van manuele tellingen. Aangezien onvoldoende rechtbanken de cijfers voor 2018 hebben geverifieerd en gecorrigeerd, zijn momenteel enkel de cijfers voor 2019 en 2020 beschikbaar. Ten opzichte van 2019 was er in 2020 een daling van 9 % nieuwe en 11 % afgesloten zaken.

Grafiek: Correctionele kamers

Jeugd (protectioneel)

Aangezien de registratiewijzen van de verschillende jeugdrechtbanken nog erg verschillend zijn voor wat betreft het openen en afsluiten van de dossiers, publiceren we momenteel enkel cijfers, vanaf 2018, m.b.t. het aantal beslissingen (vonnissen en beschikkingen), waarvoor wel nationaal uniforme registratie- en berekeningswijzen werden opgesteld.

In 2019 was er, ten opzichte van 2018, een stijging van 6 % protectionele vonnissen en beschikkingen (ontzetting of herstel ouderlijk gezag, verontrustende opvoedingssituaties, en als misdrijf omschreven feiten (jeugddelinquentie), en een daling van 26 % burgerlijke en andere beslissingen (m.b.t. een verzoek tot taalwijziging of de territoriale bevoegdheid, het derde gedeelte van de kinderbijslag, gedwongen opnames, en beroepen tegen administratieve sancties). In 2020 was er, ten opzichte van 2019, een daling van 1% protectionele beslissingen, en 4 % burgerlijke en andere beslissingen.

Grafiek: Protectioneel: aantal vonnissen en beschikkingenGrafiek: Burgerlijk en algemeen: aantal vonnissen en beschikkingen

Onderzoeksrechters

Sinds 18 november 2018 maken de kabinetten van de onderzoeksrechters gebruik van een nieuwe computerapplicatie. Bij deze gelegenheid werden de lijsten met waarden die de belangrijkste statistische variabelen (types van onderzoeksdossiers en types van akten van de rechter) kunnen krijgen, volledig geactualiseerd. Als gevolg van deze werkzaamheden, die de statistische gegevens over gerechtelijke onderzoeken veel betrouwbaarder hebben gemaakt dan voorheen, is een vergelijking met gegevens uit voorgaande jaren niet meer mogelijk. Daarom tonen we in de onderstaande grafiek alleen het jaar 2019, dat nu het «jaar nul» van de nieuwe statistieken van de gerechtelijke onderzoeken zal zijn.

Wat de zogenaamd klassieke onderzoeken betreft, stellen we in 2020 een daling vast van zowel het aantal onderzoeken dat werd ingeleid door het parket (- 463 dossiers, ofwel - 4 %) als het aantal onderzoeken dat werd ingeleid ingevolge een burgerlijkepartijstelling (- 648 dossiers, ofwel - 18 %). Het aantal onderzoeken dat voortvloeit uit een eigen vatting van een mini-onderzoek is echter toegenomen (+ 119, ofwel + 24 %).

Het aantal mini-onderzoeken is in 2020 evenwel gedaald (- 326 dossiers, ofwel - 4 %), net als de andere soorten dossiers (de dossiers met betrekking tot internationale onderzoeken en huiszoekingen).

Grafiek: Nieuwe onderzoeken geopend in 2020, aantal dossiers per types onderzoek

Strafuitvoeringsrechtbanken

De strafuitvoeringsrechtbank geeft beslissingen:

  • betreffende de modaliteiten van uitvoering van gevangenisstraffen;
  • over de modaliteiten van de opsluiting van of het toezicht op personen die door een strafrechtbank in internering zijn geplaatst;
  • over de modaliteiten van de gevangenhouding van of het toezicht op gedetineerden die ter beschikking worden gesteld van de strafuitvoeringsrechtbank na het uitzitten van de aan hen opgelegde gevangenisstraf.

Elk strafuitvoeringsdossier heeft betrekking op:

  • een persoon die overeenkomt met een van de drie soorten vrijheidsberovende personen;
  • een modaliteit van uitvoering van de vrijheidsberoving die van toepassing is op dit type persoon.

Wat de totaalcijfers betreft, blijft het aantal nieuwe modaliteitendossiers over het algemeen beschouwd over de jaren heen constant (respectievelijk 8933, 9040 en 8930 dossiers van 2018 tot 2020, ofwel schommelingen van ongeveer 1 %).
Voor ‘gewone gevangenen’ daalt het aantal ingevoerde nieuwe modaliteiten licht in 2019 (- 182 dossiers, d.w.z. - 3 %), waarna het in 2020 stijgt (+ 273 dossiers, d.w.z. + 5 %). Voor geïnterneerden is de tendens echter omgekeerd, aangezien in 2019 een toename wordt vastgesteld ten opzichte van 2018 (+ 307 dossiers, ofwel + 11 %), waarna dat cijfer in 2020 opnieuw daalt (- 318 dossiers, ofwel - 10 %) tot een aantal nieuwe modaliteiten dat nauw aansluit bij dat van 2018. Wat tot slot de gedetineerden die ter beschikking worden gesteld van de rechtbank betreft, blijft het aantal nieuwe modaliteiten stabiel tussen 2018 en 2019, maar daalt het in 2020 (- 65 dossiers, ofwel - 17 %).

Grafiek: Aantal nieuwe modaliteitendossiers geopend in de loop van het jaar per type dossier

Arbeidshoven

Onderstaande tabel geeft de cijfers van het aantal hangende zaken (aan het begin en op het eind van het jaar), nieuwe zaken, input, output, de gemiddelde duurtijd van de afgehandelde zaken (in dagen; afgesloten door een eindarrest) en de verhouding tussen de output en het aantal nieuwe zaken (%).

Over de hele periode werden gemiddeld 4023 nieuwe zaken per jaar ingeleid. Het aantal behandelde zaken is over het algemeen ongeveer gelijk aan het aantal ingeleide zaken. Er kan evenwel worden opgemerkt dat voor 2017, 2019 en 2020 het aantal behandelde zaken gevoelig hoger ligt dan het aantal ingeleide zaken, namelijk 4 % tot 6 %.

Het aantal nieuwe zaken daalt in de periode 2016-2019 elk jaar met gemiddeld 236 zaken. In 2020 wordt een daling van het aantal nieuwe zaken met 495 vastgesteld, ofwel meer dan het dubbele van het gemiddelde van de drie voorgaande dalingen. Deze waarde moet hoogstwaarschijnlijk in verband worden gebracht met de context van de impact van de coronacrisis op de activiteit.

Vanaf 2016 zijn er meer behandelde dan nieuwe zaken, met een daling in het aantal hangende zaken op het einde van het jaar. Tot slot neemt de gemiddelde doorlooptijd van de zaken die worden afgesloten door een eindarrest elk jaar licht toe tussen 2016 en 2019. In 2020 kent de doorlooptijd een veel sterkere stijging, maar dat moet opnieuw worden gerelativeerd in het licht van de pandemiecontext.

Tabel: Arbeidshoven: algemene statistiekenGrafiek: Aantal nieuwe, hangende en afgehandelde zaken

Hoven van beroep

Burgerlijk

Onderstaande tabel geeft de cijfers van het aantal hangende zaken (aan het begin en op het eind van het jaar), nieuwe zaken, input, output, de gemiddelde duurtijd van de afgehandelde zaken (in dagen; afgesloten door een eindarrest) en de verhouding tussen de output en het aantal nieuwe zaken (%).

Met uitzondering van 2018 neemt het aantal nieuwe zaken elk jaar af. Het aantal afgesloten zaken volgt dezelfde tendens van 2016 tot 2020. Aangezien het aantal behandelde zaken elk jaar hoger ligt dan het aantal nieuwe zaken (verhouding ‘output/nieuw’ is hoger dan 100 %), stellen we voorts een gestage afname van de stock hangende zaken vast. Ten slotte schommelt de gemiddelde doorlooptijd van de zaken die worden afgesloten door een eindarrest elk jaar met een gemiddelde doorlooptijd van 627 dagen over de volledige periode.

Tabel: Hoven van beroep (burgerlijk): algemene statistiekenGrafiek: Hoven van beroep - burgerlijke zaken: aantal hangende, nieuwe en afgehandelde zaken

Strafrechtelijk

Vanaf 2017 wordt het aantal zaken die voor de correctionele kamers zijn gebracht groter dan het aantal afgesloten zaken. Het aantal hangende zaken neemt dus van jaar tot jaar toe. De ‘output/nieuw’-verhouding, die in 2016 positief is, daalt dan sterk tot ongeveer 93 % in de volgende jaren. In 2020 is die verhouding echter omgekeerd, aangezien het aantal nieuwe correctionele zaken opnieuw lager ligt dan het aantal afgesloten zaken.

Voor de kamer van inbeschuldigingstelling (KI), neemt het aantal hangende zaken eveneens van jaar tot jaar toe. De verhouding ‘output/nieuw’ (alleen in evenwicht voor het jaar 2018) schommelt iets onder de 100 %.

Als we naar de totalen kijken (alle categorieën), valt dezelfde trend op. Het aantal hangende zaken neemt toe van 2017 tot 2019. Het aantal nieuwe zaken is inderdaad hoger dan het aantal afgesloten zaken. De output neemt in 2019 aanzienlijk toe, maar het aantal nieuwe zaken stijgt ook. De kloof tussen de twee verkleint dus niet.

Als we alle categorieën van zaken samen bekijken (tweede tabel en grafiek), kunnen we dezelfde conclusie trekken: het aantal hangende zaken neemt aanzienlijk toe van 2017 tot 2019. Er zijn namelijk meer nieuwe zaken dan afgesloten zaken, waarbij de verhouding ‘output/nieuw’ rond de 96 % schommelt. In 2020 ligt het aantal afgesloten zaken evenwel opnieuw hoger dan het aantal nieuwe zaken, zoals blijkt uit de verhouding ‘output/nieuw’, die opnieuw hoger is dan 100 %. Dat lijkt voornamelijk toe te schrijven aan een daling van het aantal nieuwe ingeleide zaken.

Tabel: Hoven van beroep (strafzaken): algemene statitstiekenTabel: Hoven van beroep - strafzaken : algemene statistieken (totalen)Grafiek: Hoven van beroep - strafzaken : algemene statistieken (totalen)

Hoven van assisen

Van 2016 tot 2018 is er een gestage daling van het aantal behandelde zaken (met een sterke daling tussen 2016 en 2017). Dat cijfer begint evenwel terug te stijgen in 2019. De aanvankelijke vastgestelde daling houdt verband met de hervorming van het hof van assisen (Potpourri II-wet, in werking getreden op 1 maart 2016) die kaderde in een alsmaar sterkere tendens om zaken te correctionaliseren. Het Grondwettelijk Hof heeft die hervorming eind 2017 echter vernietigd, wat verklaart waarom het aantal behandelde zaken in 2019 opnieuw is toegenomen. In 2020 wordt opnieuw een lichte daling vastgesteld, wellicht ten gevolge van de gezondheidscrisis.

Grafiek: Hoven van assisen- Afgehandelde zaken

Back to top

De steundienst van het college van de hoven en rechtbanken neemt de statistische projecten over van het Vast Bureau voor Statistiek en Werklastmeting (VBSW).

Op dit moment zijn er, in nauwe samenwerking met de hoven en de rechtbanken, 12 statistische projecten lopende. Ze hebben als doel betrouwbare en bruikbare statistieken te ontwikkelen over de activiteiten van de hoven en rechtbanken (zetel).

Op de website van het college van hoven en rechtbanken vindt u alle relevante statistieken terug.