Op 8 april 2024 werd het nieuwe Strafwetboek gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad. Het treedt in werking op 8 april 2026, exact twee jaar na de publicatie ervan. Dat geeft de dienst Beginselen van Strafrecht en Strafprocesrecht bij de FOD Justitie de tijd om de andere, bestaande wetboeken en bijzondere wetgeving aan te passen aan de principes en strafbepalingen van het nieuwe Strafwetboek. Ook alle verwijzingen naar het Strafwetboek vereisen een update.
Het nieuwe Strafwetboek is een titanenwerk van vele handen. Het ging om de eerste update sinds 1867. Het huidige strafwetboek was bovendien nog gebaseerd op het wetgevende pionierswerk uit de tijd van Napoleon, begin 19e eeuw. Meer dan anderhalve eeuw later zijn het de medewerkers van het Directoraat-Generaal Wetgeving van de FOD Justitie die achter de enorme vernieuwingsoperatie zitten, samen met een groep raadgevers en experten.
Met de goedkeuring van het nieuwe Strafwetboek door de Kamer van Volksvertegenwoordigers op 22 februari 2024 heeft ons land dus een volledig vernieuwd Strafwetboek. Het gaat om
- Boek I dat de algemene principes van het strafrecht vastlegt en een oplijsting van hoofd- en bijkomende straffen.
- Boek II dat de verschillende strafbaarstellingen voorziet.
Ook de wet over de beveiligingsmaatregel ter bescherming van de maatschappij die een rechter in uitzonderlijke gevallen kan opleggen wanneer hij veroordeelt tot een gevangenisstraf én een terbeschikkingstelling van de strafuitvoeringsrechtbank, maakt deel uit van de hervorming.
Een beetje geschiedenis
De wetten van 29 februari 2024 (tot invoering van Boek I en Boek II) zijn het resultaat van een lang proces. Een belangrijke basis werd gelegd in 2015. Toenmalig minister van Justitie Koen Geens richtte toen de Commissie tot hervorming van het Strafrecht op, die bestond uit strafrechtexperten Joëlle Rozie, Damien Vandermeersch en Jeroen De Herdt.
Geens’ opvolger Vincent Van Quickenborne zorgde ervoor dat de teksten opnieuw op regeringsniveau konden worden besproken. Huidig minister van Justitie Paul Van Tigchelt ten slotte ondersteunde de afronding van het parlementaire werk dat de komst van het nieuwe Strafwetboek moest voorbereiden.
Het nieuwe strafrecht …
… weerspiegelt de huidige normen en waarden
- Met nieuwe strafbaarstellingen (zoals ecocide en aanzetten tot zelfdoding). Ook misdrijven die in bijzondere wetten strafbaar zijn gesteld (zoals de antidiscriminatiewetten) zijn opgenomen.
- Met strafverzwaringen om de ernst van de feiten beter tot uiting te brengen. Dat geldt voor onder meer voor geweld tegen mensen met een maatschappelijke functie, intrafamiliaal geweld en terrorisme.
- Ook voor ernstige seksuele misdrijven, zoals verkrachting, zijn de straffen verhoogd. Die wijzigingen werden eerder al ingevoerd bij de hervorming van het seksueel strafrecht, als voorafname op het nieuw Strafwetboek.
- Andere strafbaarstellingen werden geschrapt uit het Strafwetboek (zoals nachtgerucht of nachtrumoer; geluidshinder wordt gesanctioneerd via deelstatelijke normen).
- Bepaalde strafbepalingen zijn coherenter (zoals het harmoniseren van de leeftijd voor seksuele meerderjarigheid).
… is eenvoudiger, nauwkeuriger, doeltreffender
- Een uitbreiding van het straffenarsenaal, met onder meer:
- de behandeling onder vrijheidsberoving: een straf waarbij de veroordeelde een behandeling met vrijheidsbeneming moet ondergaan, als hij een psychiatrische stoornis heeft waardoor hij het feit heeft gepleegd en waardoor hij een gevaar voor anderen vormt;
- de verlengde opvolging: in ernstige gevallen wordt er vereist dat de veroordeelde aan het einde van de vrijheidsstraf gedurende een bepaalde periode aan voorwaarden voldoet. Deze straf is bedoeld om de problematiek te verhelpen die aan de basis ligt van het strafrechtelijk parcours van de veroordeelde en een risico op recidive inhoudt;
- de geldstraf vastgesteld op basis van het verwachte of uit het misdrijf behaalde voordeel: een bijkomende geldstraf van persoonlijke aard die bestaat in een veroordeling tot het betalen van een bedrag dat wordt vastgesteld op basis van het voordeel dat de delinquent heeft behaald of hoopte te behalen door het misdrijf te plegen.
- De gevangenisstraf als ‘ultimum remedium’: een gevangenisstraf kan enkel worden opgelegd als de doelstellingen van de straf niet kunnen worden bereikt met een van de andere straffen of maatregelen waarin de wet voorziet (werkstraf, probatiestraf, geldboete, …).
- Een adequatere bestraffing van daders met psychiatrische aandoeningen.
- De indeling van misdrijven in misdaden, wanbedrijven en overtredingen valt weg. Het nieuwe Strafwetboek gaat uit van een nieuwe schaal van hoofdstraffen, onderverdeeld van niveau 1 tot 8. Niveau 1 (smaad, laster, …) voorziet geen gevangenisstraf meer. De minimumgevangenisstraf bij niveau 2 (discriminatie, huisjesmelkerij, …) bedraagt zes maanden. De criminele straffen zijn voorzien in de niveaus 7 en 8 en de correctionele straffen in de niveaus 1 tot 6.