In een arrest gewezen in verenigde kamers op 19 februari 2015 (C.14.0308.N) heeft het Hof het cassatieberoep van het Vlaamse Gewest en UPLACE nv tegen het arrest van de Raad van State van 28 mei 2014 verworpen. De Raad van State vernietigde met dit arrest het besluit van de Vlaamse minister van Leefmilieu dat aan UPLACE nv een milieuvergunning verleende. Hiertegen werd door het Vlaamse Gewest en UPLACE nv cassatieberoep ingesteld omdat  volgens de eisers het hier een geschil omtrent subjectieve rechten betrof waarvoor de Raad van State niet bevoegd is. Dit cassatieberoep wordt  verworpen. Volgens het Hof betrof het geschil de nietigverklaring van een administratieve handeling, nl. de milieuvergunning, waarvoor de Raad van State bevoegd is en doet de omstandigheid dat hierbij de draagwijdte van een convenant tussen de vergunningverlenende overheid en de aanvrager van de vergunning mede in acht werd genomen daar niet aan af.