11 augustus 2010

Minister van Justitie Stefaan De Clerck: “We moeten de strijd tegen reclameronselaars verder zetten, niet alleen in ons land maar binnen heel Europa. Het Europees Voorzitterschap biedt ons die mogelijkheid”.

 

Minister van Justitie Stefaan De Clerck neemt kennis van de recente klachten van UNIZO tegen nieuwe reclameronselaars die opnieuw actief zijn in België. De parketten in verschillende arrondissementen nemen wel degelijk actie tegen dit soort van malafide praktijken, maar voor een echt slagvaardig beleid is een Europees optreden nodig. Minister De Clerck wil dit dossier alvast aankaarten tijdens het Europees Voorzitterschap.

Minister De Clerck : “Het probleem van de reclameronselaars in ons land is mij wel degelijk bekend. Het is een uiterst moeilijk probleem omdat men vaak vanuit het buitenland opereert waar dergelijke praktijken mogelijk wel toegelaten zijn.”

Daarenboven is het vanuit juridisch oogpunt niet altijd even duidelijk of er sprake is van een strafbaar feit. Zo meent de Duitse overheid dat praktijken waarbij reclame wordt geronseld maar waarbij duidelijk in de kleine lettertjes van het contract aangegeven is dat men moet betalen voor de inlassing in de reclamegids, juridisch wel degelijk een geldige overeenkomst is. Niet toevallig werken heel wat van deze reclameronselaars dan ook vanuit Duitsland.

Daarom is een heel belangrijk element in deze hele discussie het toepassen binnen Europa van dezelfde eerlijke handelspraktijken. Hoewel dit valt onder economie, wil minister De Clerck zijn Europese ambtsgenoten van justitie vragen om de vervolging van malafide ondernemingen in heel Europa op te drijven.

Cijfergegevens

Uit de laatste gegevens waarover Minister De Clerck beschikt, blijkt dat de verschillende parketten in ons land wel degelijk actie ondernemen tegen dit soort praktijken.

Zo heeft het parket van Brussel voortaan de prioritaire aandacht voor deze misdrijven.  Recent werden in verscheidene arrondissementen dossiers geopend tegen verschillende ondernemingen, zowel omwille van “oneerlijke handelspraktijken” als “inbreuken door bestuurders van vennootschappen”. Het parket van Brussel alleen al heeft tegen minstens 6 ondernemingen een strafrechtelijke vervolging ingesteld. Één van de zaken kwam voor de correctionele rechtbank in februari 2010. Ook in Nijvel wordt momenteel een onderzoek gevoerd tegen een onderneming waartegen een 300-tal klachten werden ingediend.

Uit de cijfers verkregen van het College van Procureurs-Generaal blijkt daarenboven niet dat er recent een verhoging van het aantal zaken is.

Minister De Clerck : “Ik heb als Minister van Justitie de problematiek aangekaart op een vergadering met het College van Procureurs-Generaal van 6 maart 2009. Het College van Procureurs-Generaal heeft vervolgens dit dossier geagendeerd bij de werkgroep ECOFINFISC, het expertisenetwerk inzake economische, financiële en fiscale dossiers. Vanaf 29 mei 2009 is dit onderwerp daar aan bod gekomen, alsook op de volgende vergaderingen. Daarenboven bepaalt het actieplan van het College van PG’s dat de strijd wordt aangebonden tegen fictieve domicilieringen en adressen. Ook dit zal helpen bij het aanpakken van reclameronselaars.”

Eerder werd op 28 februari 2008 een Duitse onderneming veroordeeld door de correctionele rechtbank van Brussel omwille van misleidende reclame. Op 4 maart 2009 heeft het Hof van Beroep een princiepsvonnis geveld tegen een Spaanse onderneming en een boete opgelegd van 137.500 EUR. Er is ook informatie uit de andere parketten bekend, bijvoorbeeld in het rechtsgebied van Gent en Charleroi waar wel degelijk tot vervolging wordt overgegaan indien blijkt dat het gaat om een strafbaar feit. In 2005 werd een vennootschap veroordeeld door de Rechtbank van Eerste Aanleg van Doornik omwille van misleidende reclame en het oneigenlijk gebruik van de naam “gouden gids”.

Niet alleen gaat het Openbaar Ministerie ook effectief over tot vervolging, vaak wordt er ook samengewerkt met de autoriteiten in andere landen, aangezien er vaak uit het buitenland wordt geopereerd. In juni 2007 was er een samenwerking met de Zwitserse autoriteiten, en in een andere zaak in augustus van vorig jaar is het Zwitsers gerecht zelfs overgegaan tot een aantal arrestaties. Er zijn zelfs internationale rogatoire commissies geweest naar Mexico, en er is in samenwerking met Interpol een actie op het touw gezet door de Mexicaanse autoriteiten in een gelijkaardige zaak.

Ook de websites van buitenlandse ondernemingen die zich schuldig maken aan dergelijke strafbare feiten worden ontoegankelijk gemaakt door gebruik te maken van artikel 39bis van het Wetboek van Strafvordering dat die mogelijkheid toelaat.