De correctionele parketten kenden tussen 2007 en 2011 een stijging van het aantal binnengekomen strafzaken. Deze toename doet zich vooral voor bij de geweldsdelicten en bij informaticafraude. Ondanks het hoger aantal te behandelen zaken lag de stock van hangende zaken bij de correctionele parketten op 31 december 2011 5% lager dan op 31 december 2007.

Dit blijkt uit de negende editie van de jaarstatistiek van de correctionele parketten bij de rechtbanken van eerste aanleg, die vandaag door de statistisch analisten van het Openbaar Ministerie wordt gepubliceerd.

Tussen 2007 en 2011 kan een stijging met 4% van de instroom op de correctionele parketten vastgesteld worden. Zo werden 731.009 dossiers geopend of heropend in 2011, tegenover 703.344 in 2007. Deze toename van de instroom doet zich vooral voor bij de geweldsdelicten. Ten opzichte van 2007 nam in 2011 het aantal zaken met betrekking tot diefstal waarbij geweld of wapens werden gebruikt toe met 32%. Ook het aantal dossiers inzake moord en doodslag (+19%) en inzake opzettelijke slagen en verwondingen (+9%) is gestegen. Verder is er een opvallende toename van zaken met betrekking tot informaticabedrog (+107%, hetgeen dus meer dan een verdubbeling betekent). Andere misdrijven die tussen 2007 en 2011 een opmerkelijke toename van het aantal zaken kennen, zijn dossiers m.b.t. volksgezondheid (+28%), milieuzaken (+24%, vooral sluikstorten), financiële dossiers (+21%), zaken met betrekking tot economische aangelegenheden (+17%, o.a. namaking en inbreuken op de wet op de handelspraktijken) en dossiers m.b.t. verkrachting en aanranding van de eerbaarheid (+13%).

De toename van de instroom gaat gepaard met een lichte stijging van de uitstroom. Het aantal afgesloten zaken is gestegen van 710.388 in 2007 naar 718.703 in 2011 (+1%). Hierbij valt de toename op van het aantal zaken dat werd afgesloten door een voltooide bemiddeling in strafzaken (+4%), alsook de stijging van het aantal dossiers afgesloten door een zondergevolgstelling (+3%). Deze toename van het aantal zondergevolgstellingen moet echter genuanceerd worden aangezien het vooral gaat om een stijging van het aantal seponeringen op grond van een technisch motief, waarbij strafrechtelijke vervolging niet mogelijk is (bv. wegens onbekende dader, onvoldoende bewijzen, geen misdrijf). Anderzijds lag in 2011 het aantal zaken dat overgemaakt werd aan de bevoegde ambtenaar met het oog op een administratieve geldboete meer dan vier keer hoger dan in 2007. Het aantal seponeringen omwille van opportuniteitsredenen, waarbij strafvervolging niet opportuun wordt geacht (bv. omdat de situatie intussen geregulariseerd werd), is daarentegen met 4% gedaald. Het aantal zaken afgesloten door de betaling van een minnelijke schikking en via de regeling van de rechtspleging door de raadkamer daalde tussen 2007 en 2011 met respectievelijk 12% en 11%. De uitstroom van de correctionele parketten kenmerkt zich bovendien door een kortere gemiddelde doorlooptijd voorafgaand aan de afsluitende beslissing in 2011 ten opzichte van 2007.

De toename van het aantal afgesloten zaken valt samen met een afname van de stock van hangende dossiers op de correctionele parketten. Het aantal hangende zaken lag op 31 december 2011 5% lager dan op 31 december 2007, en dit ondanks de stijging van het aantal binnengekomen zaken tijdens deze periode.

De jaargang 2011 van de statistieken van de correctionele parketten en van het federaal parket kan men vanaf vandaag raadplegen op de website van de statistisch analisten van het Openbaar Ministerie via http://www.om-mp.be/page/152/1/statistieken_van_het_om.html. Dit instrument biedt jaarlijks voor elk gerechtelijk arrondissement een kwantitatief overzicht van de instroom, uitstroom en stock van de correctionele parketten, opgesplitst op basis van criteria zoals de wijze van instroom, bekende of onbekende dader, het type tenlastelegging, enz. Het dient als hulpmiddel ter evaluatie en mogelijke bijsturing van het gevoerde strafrechtelijk beleid, waarvan de krijtlijnen zijn uitgetekend in het beleidsplan van het Openbaar Ministerie. De gepresenteerde tendensen mogen echter niet geïnterpreteerd worden als tendensen in de criminaliteit, noch als een indicator van de werklast van de parketten. Voor bijkomende inlichtingen en specifieke vragen over het cijfermateriaal of over de interpretatie ervan kan u terecht bij het College van Procureurs-generaal, via het e-mailadres: sa-as.colpg@just.fgov.be.