In de krant De Tijd van vandaag 6 januari 2010 staat een artikelenreeks over de nieuwe maatregelen die worden ingevoerd door het wetsontwerp tot versterking van het deugdelijk bestuur in beursgenoteerde bedrijven en autonome overheidsbedrijven. De krantenkop “Aanpak bonussen pas in 2013” stelt de zaken echter niet correct voor. De Minister van Justitie Stefaan De Clerck wil daarom hierbij één en ander verduidelijken

1) Het wetsontwerp werd eind 2009 ingediend in de Kamer, en werd uitgewerkt door de Minister van Justitie in samenwerking met zijn collega’s Ministers Reynders, Van Quickenborne en Vervotte. De Minister van Justitie hoopt dat de wet door het parlement wordt goedgekeurd ten laatste in de lente van dit jaar.

2) Het wetsontwerp verplicht ondernemingen om in hun jaarverslag toelichting te geven bij de praktijken inzake deugdelijk bestuur die zij toepassen. Daarenboven moet het jaarverslag voortaan ook een inzicht geven aan de aandeelhouders over de toegekende verloning aan het topmanagement. Dit remuneratieverslag moet ter goedkeuring worden voorgelegd aan de aandeelhouders. Er werd ook voorzien dat de variabele vergoeding voortaan moet gespreid worden over minstens drie jaar. Tot slot worden ook de vertrekvergoedingen (de zogenaamde gouden handdrukken) afgetopt.

    • Sommige bepalingen uit het wetsontwerp treden onmiddellijk in werking, zoals die inzake de vertrekvergoedingen van het topmanagement in beursgenoteerde bedrijven.
    • Andere bepalingen uit het wetsontwerp treden vanaf het volgende boekjaar in werking, aangezien zij betrekking hebben op een volledig boekjaar. Voor de meeste beursgenoteerde ondernemingen zullen dit type verplichtingen ingaan op 1 januari 2011 omdat dan hun boekjaar aanvangt. Een aantal andere ondernemingen hebben echter een boekjaar dat vroeger aanvangt, bijvoorbeeld op 1 september van het jaar. Zij moeten zich dus sneller aanpassen aan de nieuwe wetgeving (namelijk op 1 september 2010).
    • De bepalingen inzake de spreiding in de tijd van de variabele vergoeding treden voor de meeste bedrijven in werking op 1 januari 2012 (of vroeger voor de bedrijven van wie het boekjaar vroeger begint). Dit is te verklaren omdat deze bepalingen een belangrijke impact kunnen hebben op de verloningspolitiek van de beursgenoteerde ondernemingen.

Als de wet dus in het Belgisch Staatsblad zou gepubliceerd worden midden 2010, krijgen de ondernemingen maximaal 1,5 jaar de tijd om hun verloningspolitiek aan te passen, en geen 3 jaar zoals verkeerdelijk in de artikelenreeks wordt voorgesteld. De maatregelen zullen immers ten laatste begin 2012 (en niet 2013) hun effect sorteren, en het zijn wel degelijk de resultaten van 2012 die relevant zijn bij de bonustoekenning. Ondernemingen zullen voordien de targets en prestatiecriteria moeten vastleggen.

3) Tot slot wil Minister De Clerck nog reageren op het standpunt in de artikelenreeks dat de maatregel die de vertrekvergoeding voor topmanagers beperkt tot 12 of maximaal 18 maanden loon bekritiseert. Minister De Clerck wijst er op dat Europese Aanbeveling van 30 april 2009 de lidstaten uitdrukkelijk vraagt om de gouden handdrukken te beperken. In Groot-Brittannië bijvoorbeeld werd net als bij ons de aandeelhoudersvergadering ingeschakeld om uitzonderingen boven een maximum van twee jaar loon toe te staan. Bovendien was de nieuwe Belgische maatregel ook al opgenomen in de nieuwe Belgische Corporate Governance Code die door de ondernemingen reeds op vrijwillige basis zou moeten gevolgd worden, en die nu wordt opgenomen in de wetgeving.